donderdag, april 26, 2012

Werkgroep Kierkegaard - Bijeenkomst 30 maart 2012.


Aanwezig: J.L. Bogaerts,  Sam Landuyt, Noël Melis, Gisèle Peeters, Paul Plompen, Hedwig Van Damme, Rit Van den Berg, Aad Van der Perk,  Fientje Van Otten, Chris Vonck.   
Afwezig en verontschuldigd:, Jan Gysen, Levi Matuszczak, , Viviane Van  Kampen.

Nieuwe Boeken:

-        Daniël Berthold: The Ethics of Authorship, Communication and Death in Hegel and Kierkegaard, Fordham University Press, New York 2011.

-        Thomas Kochalumchuvattil: Kierkegaardian Subjectivity and African Philosophy, A Cross cultural approach, Lambert Academic Publishing, 2010.

-        Paul Cruysberghs e.a. (onder redactie van) Oefening in Christendom; Søren Kierkegaard Anticlimacus, Kopenhagen 1850.  Eindredactie van dit deel: Johan Taels en Karel Verstrenghe. Damon uitgave 2011.

We zetten onze bespreking voort van Hoofdstuk IV van Het Begrip Angst: laatste gedeelte van dit hoofdstuk. We proberen samen enkele van de begrippen die Kierkegaard hier stelt aan elkaar nader toe te lichten en ze beter te begrijpen. Zoals somatisch/pneumatisch: waarbij somatisch staat voor dierlijk (animaal) en pneumatisch voor intellectueel of ‘psyche’. Of is het ‘geest’? We merken nogmaals op hoe K. reageert tegen het allesomvattende systeem van Hegel, met zijn idealisme en abstracties, waarin vrijheid de vrijheid wordt en zelfs dé vrijheid,om daarbij iedereen te verzwelgen. Daartegenover stelt K.  de innerlijkheid, waarbij de mens zich de werkelijkheid in-der-daad kan ‘toe-eigenen’en daardoor verantwoordelijk wordt/is (becoming, being Eng.). Verantwoordelijkheid veronderstelt aanspreekbaarheid en antwoorden daarop. Vrijheid en condities, context/ beamen of niet. Vrijheid en respect, begrenzing van de uitoefening van de vrijheid door de vrijheid van de andere. In welke mate zijn er universele begrippen nodig? In welke mate moet men concreet blijven bij elke behandeling van de werkelijkheid?
In en voor alles stelt K. de ernst als eerste deugd en de eerlijkheid ernstig te willen zijn.

We hebben het over totalitarisme en vrijheid (Nazi-Duitsland, maar ook Stalinisme, Mao, Cambodja, Noord-Korea,  enz.) Hoe door de beweging van het totalitarisme de individualiteit opgeslorpt wordt en daardoor de vrijheid van de individualiteit vernietigd wordt. We hebben het over individueel gedrag en groepsgedrag (de mens als roedeldier..) We verwonderen ons over de mogelijkheid om een  overmacht zoals een dictatuur het kan op korte tijd te ontwikkelen: zie voorbeelden van het Nazisme, Bolsjewisme, van China nu in zijn communistisch model van kapitalisme. Zijn er unanimistische mechanismen  à la Jules Romains werkzaam (cf vogels, vissen) die de groepsgevoelens zodanig kunnen manipuleren zodat op zeer korte termijn in de geschiedenis een hele oorlogsindustrie ontwikkeld wordt? Al dient gezegd dat elk totalitarisme blijkbaar dan weer zijn eigen ‘Stalingrad’ heeft en beleeft, m.a.w. dat elke massale dictatuur over de vrijheid na een triomfale fase terugvalt in de vernietiging van zichzelf. Draagt het totalitarisme, zoals het demonische overal  de dood, de autodestructie in zich mee? Over de ergernis: het verstand ergert zich voortdurend, want het verstand staat buiten de paradox. Tegenwoordig zal men zeggen: ‘het is wat het is’. Kort in de bocht is dat wel…

Next meeting: April 27th, 16h. We proceed with the reading of Chapter V: Angst die verlossing brengt door het geloof. P. 274.

S. Landuyt